Spring naar inhoud

Handvest Voor Een Netwerk Van Libertaire Geografen: Een Saluut Aan Élisée Reclus.

26/08/2012

Tijdens de meerdaagse anarchisten ontmoeting in St-Imier (Zwitserland) in augustus 2012 is twee maal de geografie een onderwerp van discussie geweest. De eerste keer betrof het een inleiding van de Franse geograaf en libertair Philippe Pelletier over het onderwerp ‘Élisée Reclus en de libertaire wijze om met geografie om te gaan’.

De andere keer ging het om een paneldiscussie onder de titel ‘Geografie en anarchie, verhoudingen tussen het stedelijke en het platteland, communalisme en federalisme’. Hier vormde Philippe Pelletier een van panelleden. Hij was dan ook degene die wees op het in oprichting zijnd netwerk van geografen met een libertaire gezindheid. Ten behoeve van dit netwerk is een concept handvest geschreven. Hieronder een bewerkte vertaling ervan.

Het handvest kent twee invalshoeken. De eerste betreft een vooral methodologische, de tweede een libertaire. Eerst worden enkele wetenschapsfilosofische getinte onderwerpen behandeld. Daarna wordt aangegeven welke betekenis het anarchistische denken voor de geografie heeft.

Open opvatting

Met dit handvest vindt de oprichting plaats van een netwerk van libertaire geografen. De theoretische, praktische en ethische geest ervan is in de kern libertair, waarbij echter wordt vermeden te spreken over ‘anarchistische geografie’ of ‘libertaire geografie’. De bedoeling daarvan is de afstand te respecteren tussen wetenschap en ideologie en elke vorm van dogmatisme te vermijden.

De actuele maatschappelijke situatie in de wereld wordt als onbevredigend gekenmerkt, hoe die ook wordt bekeken: vanuit een sociale, economische, politieke of culturele hoek dan wel vanuit een individuele of collectief benadering. In hun hoedanigheid van geografen menen zij een bijzondere analyse te kunnen leveren om deze situatie inzichtelijk te maken en elementen te ontwikkelen die kunnen bijdragen aan een antwoord op de problemen.

Waar zij het intellectuele failliet van bepaalde ideologieën constateren, sluiten zij zich niet aan bij het retorische koor van mensen dat uitgaat van wat wel ‘het einde van de grote verhalen’ wordt genoemd. Dit betekent dat de stellingen die postmodernisten daarover innemen, hen niet bevredigen. Want er bestaan altijd politieke of religieuze discussies en ideologieën die nog steeds pretenderen aan anderen een wereld op te leggen, die zij niet willen.

Het netwerk prijst een ‘niet-gedisciplineerde’ geografie aan in een dubbele zin. Ten eerste sluiten de geografen, die inmiddels tot het netwerk zijn toegetreden, zich aan bij de geschiedenis en de denkbeelden van anarchisten. Ten tweede weigeren zij de logica van het opdelen van hun wetenschap in kleine brokjes en de daarmee samenhangende logica van specialisaties. Dit betekent dat zij een geografie voorstaan zonder een disciplinaire toevoeging, met één uitzondering, namelijk die van ‘sociaal’. Dit verwijst naar de maatschappelijke vooronderstellingen die de geograaf en anarchist Élisée Reclus (1830-1905) formuleerde in wat bij hem ‘sociale geografie’ heette. Die vooronderstellingen blijken te corresponderen met de dynamiek van de actuele sociale geografie. De anarchistische en libertaire beginselen kunnen de leiddraden vormen, zonder in dogmatisme te vervallen.

Geschiedenis, zingeving en het functioneren van het netwerk

Het vieren van het honderdste sterfjaar van Élisée Reclus heeft tussen 2005-2007 geresulteerd in een aantal wetenschappelijke colloquia, in diverse steden van deze wereld (Montpellier, Lyon, Milaan, New Orleans, Barcelona…). Deze ontmoetingen zijn ondermeer aanleiding geweest voor het publiceren van artikelen en boeken over Reclus en uiteenlopende geografische studies. Het leerde dat er een gedegen belangstelling bestaat voor een geografie à la Reclus en dat men zich daar ook in andere landen zoals in Mexico en Brazilië mee bezighoudt.

Tegelijk zijn er publicaties verschenen die op schaamteloze wijze de reclusiaanse geografie en anarchie vervormen. Daar zijn weer artikelen tegen verschenen om de boel recht te zetten (onder meer in tijdschriften als European Journal of Geography – Cybergeo, een numeriek tijdschrift – en L’Espace géographique, een wetenschappelijk tijdschrift).

De positie die de geografen van dit handvest innemen is die van het radicale, geografische tijdschrift Antipode van de periode voor 1972. Daarmee vindt een verwijzing plaats naar wat toen genoemd werd: andere geografie. Die gedachte van toen blijkt nu aan te sluiten bij de actuele behoeften van jongeren, studenten en vooral jong afgestudeerden, die met de geografie andere kanten op willen dan de bestaande paden te volgen.

Het idee is dat de libertaire en anarchistische denkbeelden kunnen bijdragen tot het ontdekken en ontwikkelen van andere paden en na te denken over een andere maatschappij dan de bestaande. In het handvest komt dan tot uitdrukking dat het beeld verruimd moet worden, waarbij ook gedacht wordt aan het opzetten van een tijdschrift ten behoeve van het veralgemeniseren van de geografische inzichten.

De ongedisciplineerde geografie

Het idee van de ‘libertaire geografie’ lijkt niemand te choqueren. Toch wordt het ‘label’ als onbevredigend gezien. Want de opstellers van het handvest vinden dat het niet moet gaan om iets dat zich gelijkwaardig betoont met bijvoorbeeld ‘marxistische’ of ‘liberale’ geografie. De gebruikte onderzoeksinstrumenten (de cijfers, de kaart) en de methoden van analyse (deductie / inductie, kwalitatief / kwantitatief) zijn dezelfde als die van de gewone geograaf.

Waar kunnen dan verschillen liggen als de kloof tussen bijvoorbeeld marxistisch / niet-marxistisch niet wordt uitgemaakt door de instrumenten en de methoden? Die verschillen blijken te liggen in de gekozen onderzoeksobjecten. Dat hangt weer samen met de aangehangen vooronderstellingen. De geografen om wie het hier gaat waren of zijn tevens anarchist. Het anarchisme vormt wel een verbinding tussen hen, maar wordt niet als een dogma gehanteerd. Het gaat om een kritische houding en een vrije, anti-autoritaire denkwereld.

Daar komt bij dat de opstellers van het handvest zich een universele geografie voorstellen, eentje die het opsplitsen in specialisaties achter zich laat. Zij weigeren deze zelfs en loven een geografie zonder toevoeging die instaat is het concrete onderzoeksobject te volgen. Het is er een die zijn neus ophaalt voor de grenzen tussen de verschillende disciplines waarin de geografie is opgedeeld.

Als men op die manier de grenzen slecht, is het aan de andere kant mogelijk de contacten met andere wetenschappelijke disciplines te herstellen. Het is inmiddels een oud debat omdat ook de denkwijze van Reclus erop aanstuurde om te verlaten wat de universiteit voorschrijft.

De geografie en het determinisme

De dominante ideologieën verlenen het primaat aan de geschiedenis en kennen verschillende uitwerkingen. Zo vatten de transcendentale, van oorsprong meta-mediterrane monotheïsmen (Jodendom, christendom, islam) de tijd op als een rechte lijn. Hun priesters en profeten kondigen de komst van een verlosser aan of het einde van de wereld. De immanente, Aziatische religies of filosofieën (zoals boeddhisme, hindoeïsme, confucianisme) daarentegen, vatten de tijd op als een cyclus die berust op een quasi-onbeweeglijkheid van de eeuwigheid.

Ook het marxisme, met zijn onvermijdelijke opeenvolging van productiewijzen, ontsnapt niet aan het lineaire concept van de tijd en aan de historische determinatie. Evenzo klinkt dit in het ecologisch ‘catastrofisme’ door, namelijk waar het einde van de wereld wordt verkondigd. Dat past in een deterministische, fatalistische, eschatologische mal. Welnu, al dit soort opvattingen komt er uiteindelijk op neer: wie de loop van de geschiedenis dicteert, die controleert en domineert.

Dit soort denkbeelden ontstaat, doordat de geografische dimensie van de verschijnselen wordt vergeten. Op een zelfde wijze gebeurt dat in andere zaken. Het leidt telkens tot terugvallen op een deterministische lezing, of het nu gaat om de verschillen in civilisaties toe te schrijven aan het verschil van hun geografische milieus, of het analyseren van bepaalde verschijnselen op basis van een reducerende, vitalistische en zelfs genetische ecologie. Dit vinden de opstellers van het handvest niet alleen wetenschappelijk bestrijdbaar maar evenzeer sociaal gevaarlijk, want deze nieuwe geleerden schrijven aan de overheersers hun debat en hun daarop geënte machtspolitiek voor.

De andere geografie rust op de bestrijding van macht

Het anarchisme plaatst ‘vrijheid’ en ‘kritiek op de macht’ in het centrum van zijn filosofie, zijn ethiek en zijn praktijk. Het kritiseert de macht in de hoedanigheid van voorname drager van de menselijke, economische, sociale, culturele en politieke ellende. Dit doet zich in de loop van tijd in allerlei gedaantes voor.

De geografische analyse die vanuit deze kritiek wordt opgezet, permitteert zich de fictie te ontmaskeren door de ruimtelijke omgeving bijvoorbeeld in vormen van uitbuiting te beschrijven (de socio-ruimtelijke verdeling van arbeid). En dat gaat verder, want ook levert zij beschrijvingen van vormen van onderdrukking (waar bevinden zich de plaatsen waar dwingende macht wordt toegepast, minderheden worden onderdrukt), van vormen van vervreemding (beschrijving van plaatsen van cultus, plaatsen van speculatieve markthandel, plaatsen van seksisme).

Een anarchistisch perspectief binnen de geografische analyse legt de ruimtelijke vormen van macht bloot of ze nu bijzonder dwingend zijn, duidelijk zichtbaar of zwak aanwezig. Het richt zich ook op en onderzoekt alsmede de ruimtes waar zich actueel vormen van verzet tegen de macht voordoen. Binnen dat perspectief wordt ook nagedacht over de geografische wijzen van organisatie die het in zich hebben om de autoritaire macht te vervangen door een libertaire ‘kracht’ of ‘vermogen’.

Een anarchistisch perspectief op de geografie kan het bevrijden van het verticaal gerichte keurslijf, door dit te vervangen door een horizontale interpretatie van de wereld. Daarbij kan het de hiërarchische systemen uit elkaar halen en de horizontale pogingen van menselijke emancipatie in de ruimte opwaarderen.

In dit kader past geen statische en fetisjistische visie op de natuur. Het onderzoekt de veronderstelde grenzen van de biosfeer en de aarde, het onderzoekt het terugvallen op het malthusianisme in de wetenschap zowel als in de politieke.

Het is geen slaaf van de technologie, maar het valt evenmin in de kuil van de blinde of verminkte kritiek op de technologie. Het stelt zich niet ten dienste van de machtigen door hen te voorzien van middelen van analyse en overheersing. Wel stelt het zich ten dienste van de gemeenschap, van het volk. Het doet dat niet van buiten- en van bovenaf, maar in de boezem ervan, met het doel de academische barrière te doorbreken.

Deze geografie is sociaal en meervoudig

Het anarchistische perspectief in de geografie vertrekt niet vanuit het niets. Bovendien is de veelheid van bronnen en auteurs, van werken en overdenkingen van essentiële waarde. Die sluiten zich niet op in de geografie. Wel is het geval dat in de boezem van de geografie evenals in andere disciplines, inmiddels de neus wordt opgehaald voor de actuele, overdreven specialisaties van het werk binnen het academisch milieu.

Niet alleen gelooft het niet aan een tabula rasa (schone lei) omdat de geografie juist op overleveringen rust van het sociale en ruimtelijke geheugen, het negeert evenmin de kennis die individuen en samenlevingen hebben van hun eigen milieu. Het anarchistisch perspectief op de geografie beschikt dus over vele werken en voorafgaande overpeinzingen.

Onder hen die dat hebben overgedragen bevinden zich Élisée Reclus, Peter Kropotkin, Léon Metchnikoff, Charles Perron, Michel Dragomanov, Paul Goodman, Murray Bookchin en anderen die zich expliciet ophouden binnen de anarchistische beweging. Daarbij mogen libertaire theoretici niet worden vergeten van wie de ideeën kunnen worden toegepast binnen de geografie, zoals Proudhon, Bakoenin, Malatesta of Rocker. Daaraan kunnen worden toegevoegd denkers en verwante intellectuelen als Patrick Geddes, Lewis Mumford, Ebenezer Howard…

Het nadenken over de stellingname binnen de geografie kan ook zijn voordeel doen met stimulerende ideeën van mensen als Friedrich Nietzsche, Gabriel Tarde, Georges Palante, Gilbert Simondon, Michel Foucault, Gilles Deleuze…

Er wacht dus een kolossaal werk van heropenen, actualiseren, verspreiden en toegankelijk maken op een manier die het geheel van actuele problemen omvat, of dat nu betreft de verschillen in sekse, het postkolonialisme, het postmodernisme of het ‘ecologisme’.

Doelstelling van het netwerk van de andere geografie

De evolutie van de geografie maar ook die van andere sociale wetenschappen kent zo zijn eigen problemen, die moeten worden aangepakt Maar tevens wachten verschillende thema’s op uitwerking, die door de opstellers van het handvest uiterst belangrijk worden gevonden, zoals daar zijn:

• De terugkeer van het geografische determinisme, de kwestie van de positionering van de ‘biologisten’ en de ‘ecologisten’ binnen dat determinisme.

• Het ruimtelijke en zijn grenzen.

• De plaats van het kwantitatieve denken en de ‘nieuwe instrumenten’.

De doelstelling van het netwerk is om allen die zich met deze verschillende problemen vanuit een libertaire instelling bezighouden met elkaar in contact te brengen,  zowel in het academische milieu als elders. Daarbij hoeft het niet om uitsluitend geografen te gaan. Integendeel. Het moet gaan om een vrije gedachte te bevorderen, die gevestigde dogma’s wegneemt omtrent actueel bestaande machten. Een geografie van de beweging steunend op een bewegende geografie, dat wil zeggen een die tegelijkertijd in verzet, in opstand is en als alternatief kan worden aangeboden. Een andere, sociale geografie. [1], [2]

[1] Bewerkte vertaling van het Projet de Charte pour un Réseau de Géographes Libertaires (augustus 2012) door Thom Holterman.

[2] Wie in het netwerk van libertaire geografen geïnteresseerd is of wenst toe te treden tot het “Réseau des Géographes libertaires” dan wel de oorspronkelijke Franse tekst van het handvest wil ontvangen, kan contact opnemen met Philippe Pelletier : philippe.pelletier@univ-lyon2.fr .

[Beeldmateriaal van de Rotterdamse dichter en illustrator Manuel Kneepkens.]

 

Advertentie
No comments yet

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: