Spring naar inhoud

Socialisme Zonder Partij. De Redding Van Het Socialisme?

12/06/2013

GeorgOr

George Orwell.     De een na de ander zegt – publiekelijk – zijn of haar lidmaatschap van de PvdA op. Is daarin wellicht een teken van redding van het socialisme te zien? Indien zo, waaruit zou die redding dan kunnen bestaan? Gelet op de redengevingen met betrekking tot de opzegging van het lidmaatschap komt die op het volgende neer: ik kan het niet langer verkroppen dat de partij steeds verder afdrijft van de oorspronkelijke socialistische missie. Dit komt overeen met wat menigeen al (veel) eerder constateerde: de beginselen zijn overboord gezet (zie Aantekening).

Over welke beginselen gaat het dan? Op die vraag is op verschillende wijzen te reageren. Men kan een opsomming geven van een aantal beginselen. Ook is het mogelijk er enkele in een exposé te verwerken. Ik kies voor het laatste. Daarvoor zal ik een gedachtegang van de Franse filosoof Jean-Claude Michéa gebruiken. Die gedachtegang is gebaseerd op zijn interpretatie van de Engelse schrijver en journalist George Orwell (1903-1950).

Anar.Vergezicht

 

Fatsoenlijke maatschappij

Michéa concentreert zich op het boek van Orwell uit 1937 getiteld The Road to Wigan Pier, waarin Orwell zich als socialist bekent. Michéa doet dat omdat hierin naar voren komt, dat zijn politieke ontwikkeling in een andere volgorde verloopt dan gebruikelijk is. Vanaf 1937 plaatst Orwell namelijk alles wat hij aan strijd levert ten behoeve van een ‘fatsoenlijke maatschappij’, in het exclusieve teken van het socialisme. Daarbij hecht Orwell sterk aan het persoonlijke gevoel. Elke keer als hij zich nader moet verklaren omtrent de waarde van een bepaalde intellectuele constructie, is het eerste wat hij in het algemeen doet: de morele en psychologische fundamenten ervan onderzoeken.

In The Road to Wigan Pier vindt men de oorsprong van het Orwelliaanse socialisme, aldus Michéa. Het is de eerste tekst waarin hij zich openlijk uitspreekt als filosofische aanhanger van het socialistische project. Het eerste deel beschrijft de verpauperde situatie in een bepaalde regio van Engeland; het tweede deel, waaraan Michéa zijn interpretatie ontleent, is een lang essay dat ondermeer gaat over Orwells eigen politieke geweten en de ontwikkeling ervan.

In dat deel is nauwelijks iets te merken van de zendingsdrang nieuwelingen eigen, merkt Michéa op. Wel vindt men er bijzonder vernietigende uithalen naar vertegenwoordigers van linkse groeperingen. Orwell besteedt dan ook een aanmerkelijk deel van zijn essay aan het verklaren van de redenen, waarom het nodig is het socialisme te verdedigen (het idee)…door te beginnen het aan te vallen (de zich socialistisch noemde groeperingen).

Wat is er namelijk al in zijn tijd aan de hand? Orwell denkt aan een socialisme dat verwijst naar een maatschappij waar de klassenoverheersing is verdreven en de voorwaarden voor een fatsoenlijk en vrij leven voor een ieder gelijkelijk gelden. Wat Orwell nu opvalt, is dat het socialisme terrein verliest precies daar waar het zou moeten winnen. Want elke lege maag is een argument in haar voordeel, zo stelt hij – en er waren veel lege magen. Toch is het socialisme veel minder geaccepteerd in de afgelopen tien jaar, merkt Orwell anno 1937 op.

De reden waarom het socialistische programma in de jaren dertig niet bij een groot deel van de mensen aanslaat, ligt in het volgende. De intellectuele vertegenwoordigers van de nieuwe middenklasse buigen het socialistisch project zo om, dat het uitloopt op de identificatie met de ‘mythe van de vooruitgang’. Dat wil zeggen, dat de absurde overtuiging heerst, dat het geluk van een maatschappij zich laat afmeten, in laatste instantie, aan de drukte op het nationale wegennet, aan de hijskranen en graafmachines die het landschap komen vernietigen. Let wel, we schrijven anno 1937.

Het ongelukkige is, zo gaat Orwell verder, dat tegenwoordig de woorden ‘vooruitgang’ en ‘socialisme’ op een onverbrekelijke manier met elkaar verbonden zijn. Dat heeft bezit genomen van de geesten van het merendeel van de mensen. Een socialist gebruikt alleen nog woorden als: mechanisatie, rationalisatie, modernisatie. Moderniteit is culte geworden. Dat alles maakt dat Orwell over ‘gevoelsmatig conservatief’ gaat spreken. Het laatste heeft niets te maken met een wantrouwen tegen de technologie, maar alles met zijn verwijt, dat er van vooruitgang als het ware een religie is gemaakt. Dat leidt bij hem tot de verwerping van een socialisme dat het als een triomf zou beleven, indien het kon zeggen: daar waar er nu één vliegtuig is, daar zullen er dan vijftig zijn!

fairconomy

Vrijgeld

Michéa ziet zichzelf als een Orwelliaan. Dat komt mede tot uitdrukking in zijn veelvuldig gebruik van de term ‘algemeen fatsoen’ (common decency). Daarin is ondermeer ondergebracht de gevoeligheid voor onrecht. De term verwijst naar iets als ‘de dingen die men niet doet’. Menigeen zal dit te onbestemd of te sentimenteel vinden. Daarom wellicht dat Michéa common decency ook in verband brengt bijvoorbeeld met een ecologisch-socialistische politiek en met een socialistische geldpolitiek.

Wat het laatste betreft, wijst hij op de theorie en praktijk van de geldtheorie van de Duits-Argentijnse, libertaire, monetaire econoom Silvio Gesell (1862-1930). In een economie die zich ecologisch en socialistisch noemt, zal het uitgangspunt voor productie en consumptie een economie van de nabijheid zijn. Dit betekent bijvoorbeeld ‘consumptie / productie in de nabijheid’ en handel op de lokale markt, dus korte lijnen.

Die economie van de nabijheid zal ook een eigen, lokaal geldsysteem kennen, waarvoor Silvio Gesell het begrip vrijgeld gebruikt (ook ‘stroomgeld’ of in het Frans ‘monnaie fondante’; fondant, ‘smeltend’). Geld heeft hier zijn oorspronkelijke functie terug: louter ruilmiddel. Dit (socialistische) geld verliest langzaam zijn waarde als het niet wordt gebruikt (het smelt dus als het ware weg). Een verschijnsel dat daarmee wordt bestreden, is dat het de persoonlijke accumulatiemogelijkheid van de geldhoeveelheid bestrijdt (het geld smelt weg vanwege de ‘negatieve rente’). Daarmee wordt tegengegaan dat geld een persoonlijke machtsfactor kan worden, waarbij de ene mens de ander uitbuit en dat ongelijkheden en onrechtvaardigheid kunnen ontstaat, louter op grond van een hoeveelheid geld die iemand weet op te hopen, toch waarlijk een onderdeel van de socialistische missie.

MondialiseerStrijd

Socialisme zonder partij

In het voorgaande is geen opsomming van socialistische beginselen gegeven. Toch zijn er enkele genoemd. Het onlosmakelijke verband tussen die beginselen is de vormgeving van het idee decent society, de fatsoenlijke maatschappij. Wie deze socialistisch wil noemen, doet dat. Maar zeker is dat wie bijvoorbeeld het verblijf in een land zonder geldige verblijfspapieren strafbaar wil stellen, die heeft het idee van de fatsoenlijke maatschappij verlaten. De PvdA doet dat, maar die partij was al een hele tijd de socialistische weg kwijt.

Heb je evenwel een politieke partij nodig om het socialisme na te streven? Wie meer dan honderd jaar bestaan van socialistische of sociaaldemocratische partijen overziet, zegt neen. Gaat het om de socialistische missie, dan zijn andersoortige organisaties nodig dan partijpolitieke. Socialisme zonder partij, de redding van het socialisme.

Thom Holterman

[Het bovenstaande rust sterk op Jean-Claude Michéa, Le complexe d’Orphée, La gauche, les gens ordinaires et la religion du progrès, Climats, Paris, 2011.]

Aantekening

[ 1 ]  Wie de redengeving voor het opzeggen van het PvdA-lidmaatschap door Jan Pronk wil vernemen klikt HIER en HIER; en door Godelieve van Heteren, klik HIER. Voor een weerwoord van Diederik Samsom, klik HIER.

[ 2 ]   Over vrijgeld en Silvio Gesell, klik HIER en HIER.

 

 

Advertentie
2 reacties leave one →
  1. Bert van den Bosch permalink
    12/06/2013 14:01

    Het is toch iedere keer weer imposant boeiend om waar te nemen hoe mensen met veel ingestudeerde kennis, het zo ingewikkeld kunnen verwoorden, wat zo simpel is te begrijpen
    door denkers, die hun levenservaringen nuchter onder ogen kunnen zien en die niet sublimeren naar een idealisme dat materialistisch niet realiseerbaar is.

    Wat stond er ook alweer op de Griekse Tempel?
    Was het niet in het Nederlands vertaalt: “Ken u zelve”?

    Hartelijke groet,

    Bert.

  2. Veldman permalink
    20/09/2013 16:07

    De Politieke partij heeft maar 1 primair doel en dat is het voortbestaan van deze partij.
    Daarom is de politieke partij niet geschikt voor een democratie.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: