Decentralisatie Van ‘De Kop Van Jut’
Wie de geschriften van anarchisten bestudeert, merkt dat zij aanhangers zijn van decentralisatie. Daarmee verwijzen zij naar sociaal-maatschappelijke constructies die van beneden naar boven lopen, zowel in functionele als in territoriale organisaties. Omdat in een decentraal stelsel altijd wel zaken aan de orde kunnen zijn, die de kleine en lokale organisaties overstijgen, is de bestuurlijke constructie van groter eenheden onontbeerlijk. In zo’n geval opteren anarchisten voor federalisatie. Die laatste vorm wordt geconstitueerd door de kleinere, zeg lokale, eenheden. Aldus bouwt zich een groter geheel op. Het grotere geheel is dus een constructie van de ‘basis’.
In de ons bekende natie-staten presenteert het grotere geheel zich als een autoritaire constructie. Dat grotere geheel heeft overheersende macht. Het kan wel bestuurlijke vormen van decentralisatie kennen, zoals in Nederland de gemeenten en provincies. Maar hoewel men spreekt over de autonomie van de gemeente of provincie, die autonomie heeft, wat Fransen noemen, een variabele geometrie. Het gebruik van die variabiliteit is in handen van de centrale eenheid, de regering.
Niet zolang geleden werd bekend dat de Nederlandse centrale overheid de zorg gaat decentraliseren. Om dat met behulp van een pervers ideologisch sausje te verkopen, wordt zelfs over een ‘participatiemaatschappij’ gesproken en heet het dat de ‘burgerkracht’ wordt ingezet. Dit alles is evenwel terug te brengen tot een ordinaire bezuinigingsoperatie, waarbij de pijn bij de gemeenten wordt gelegd. Als het dan spaak loopt, krijgen de gemeenten de verwijten te verduren en niet de centrale overheid. De gemeente als ‘Kop van Jut’.
Het is duidelijk: dit alles heeft niet met ‘anarchisme’ te maken, maar alles met afwentelen door de regering van haar verantwoordelijkheid richting gemeenten. In het kader van het neoliberalisme is er zoveel op het punt van ‘zorg’ ontmanteld, stukgemaakt en stukgelopen, dat de regering dit kwijt wil. In dat geval wordt de befaamde ‘decentralisatie’ als bestuurlijk middel van stal gehaald.
Dit is niet voor het eerst en het zal ook niet voor het laatst zijn. Ooit heb ik deze gang van zaken maar dan van ander allooi dan de ‘zorg’ bijgehouden, zoals die van de muskusrat bestrijding. De wat? Muskusratten hebben er plezier in om ondermeer de Nederlandse dijken te ondergraven. De ene keer was de bestrijding van de muskusrat een taak van de centrale overheid. Als de politieke wind dan waaide in de richting van het zogeheten terugdringen van de bevoegdheden van de centrale overheid, dan waren er altijd wel wat zaken die in het kader van ‘decentralisatieplannen’ naar decentrale overheden konden worden overgeheveld. De muskusratbestrijding was daar een van.
Het is hier niet de plaats om dit nader uit te werken. Maar dat het hier geschetste een patroon is dat zich repeteert, het ‘decentraliseren’, zoals nu met de zorg, is een ding dat zeker is. Ga maar na. Het is net na de Tweede Wereldoorlog dat de sociaaldemocraat J. in’t Veld, in zijn hoedanigheid van Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting, spreekt over de decentralisatie van de ‘Kop van Jut’, ‘waar ongetwijfeld iets inzit’ zo voegde hij toe, want hij was slim genoeg om zich in te dekken (zie zijn De betekenis der gemeente voor de toekomst van West-Europa, Heemstede, 1950, p. 64).
Dat de centrale regering de ‘Kop van Jut’ uitbesteed aan de gemeente, door die op te zadelen met de uitvoering van ‘zorgtaken’ zonder daaraan een adequate financiering te koppelen, spreekt bijna voor zich. En het lijkt erop dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) dit begint door te krijgen. De eerste scheuren in het hele plan van afwentelen door de centrale overheid zijn al te ontdekken, maak ik op uit de Volkskrant van 6 november 2013. ‘Gemeenten zetten decentralisatieplannen op de tocht’, kopt die krant. Het is pure anarchie (sic) die de regering bedrijft!
Thom Holterman