Spring naar inhoud

Migranten Tussen Wal En Schip. De ‘Jungle van Calais’

25/12/2016
Sophie Djigo

                       Sophie Djigo

‘Calais’ is de naam van een Franse plaats en tegelijk een absurditeit, product van een kakofonie van internationale immigratiepolitiek: noch de Franse regering, noch het gemeentebestuur van Calais willen dat mannen en vrouwen zich er installeren, vastbesloten als ze zijn om naar Engeland over te steken maar vastgelopen in de ‘jungles’ aan de Franse kust’, leert het boek van de Franse filosofe Sophie Djigo getiteld Migranten van Calais, Onderzoek naar het leven op doorreis.

De migranten over wie haar studie gaat, willen slechts één ding, hun weg vervolgen naar Engeland. Zij hebben de plek verlaten waar niet meer te leven viel (oorlogsgebied bijvoorbeeld) en zijn terechtgekomen op een plek (Calais) waar zij zich niet willen vestigen, omdat hun eindbestemming elders ligt (Engeland). Zij zitten klem, ze zijn terecht gekomen tussen wal en schip. Wat betekent dit leven op doorreis? Is er voor de tussenliggende tijd om de eindbestemming te bereiken een alternatief voor de ‘jungle’ te bedenken? Deze kwestie houdt Sophie Djigo bezig. Natuurlijk ging zij kijken en interviewde zij migranten om zich over hun situatie en ideeën te informeren. Djigo deed als filosofe in feite ook sociologisch ‘veldonderzoek’. En hoewel haar boek zich concentreert op één type migrant (die op doorreis is) en op één plek (de ‘jungle van Calais’), toch is haar boek breder van opzet. Hieronder ga ik op een aantal punten uit haar boek in, waarbij ik tevens zal wijzen op zaken die Nederland betreffen.

voorkant-calais

Migrant op doorreis in de ‘jungle’

Het boek van Djigo is geschreven net voor de ontmanteling van de ‘jungle van Calais’. Dat maakt haar studie niet meteen verouderd. De ‘jungle’ is dan wel ontruimd, maar daarmee is de problematiek die tot het ontstaan ervan heeft geleid niet opgelost. Bovendien moet men bedenken dat in deze regio een tiental van dit soort ‘jungles’ bestaat.

Doel van het boek is niet een platte beschrijving te geven van de situatie van de migranten in Calais. Haar vertrekpunt betreft de verwerking van overwegingen van de migranten, overwegingen die zij tijdens interviews met hen vernam. Daarbij bediscussieert zij tegen verschillende achtergronden de analyses, die zij van de situationele hoedanigheid van de migranten maakte. Zij doet dat op een invoelende wijze zonder activistische allures. Overigens heeft zij drie pagina’s met namen van organisaties opgenomen die direct of indirect de clandestiene migranten in de ‘jungles’ van de regio Nord-pas-de-Calais bijstaan. Zij bespreekt ook de ondersteunende activiteiten van vrijwilligers en activisten, van niet-gouvernementele organisaties (ONG) als Emmaüs, Secours catholique tot de activistische beweging No Borders.

Een van de eerste dingen die zij opmerkt, is dat de ‘illegale’ migrant nooit zomaar vertrokken is van zijn plek van eerder verblijf. Het is een ingewikkelde stap want gedreven door de onmogelijkheid om op die plek te blijven. Vertrekken is nooit kompleet een keuze, en dikwijls is het vertrek dragelijk omdat er een eind aan de reis is (de verwachte aankomst op het doel van de reis). Bovendien belooft de migrant zich ooit te zullen terugkeren. Voor migranten, zo maakte Djigo uit de gesprekken op, is de beperking van de vrijheid van circulatie een secundair probleem, het eerste is het aankomen op de plek waar het ‘zijn’ eindelijk weer bewoonbaar, leefbaar is geworden; de condities van de plek van vertrek waren onleefbaar…

Het boek gaat zoals reeds opgemerkt niet over de universele migrant maar over hen die ‘migrant van Calais’ werd genoemd. Aan de rand van de gemeente Calais was door hen een eigen opvang gecreëerd die door anderen ‘jungle’ werd genoemd, zodat in het taalgebruik ontstond: ‘jungle van Calais’. Specifiek aan de situatie was dat deze migranten geen asiel in Frankrijk wilden vragen. Zij waren op doorreis naar Engeland, vandaar ook migrant op doorreis (migrant en transit). Om de situatie enigszins dragelijk te maken ontstonden er winkeltjes in die ‘jungle’, was er iets dat leek op een kerkje en een schooltje – alles zeer provisorisch op- en ingericht. Maar toch…

calais_jungle_classroom

Provisorische school in de ‘jungle’.

In haar bespreking van deze ‘jungle’ treft mij dat er geen sprake was van afwezigheid van regels. Er golden stilzwijgende regels die het dagelijks leven in de ‘jungle van Calais’ beheersten. Vele regels van moraal waren ontleend aan de religieuze of traditionele educatie van de migranten. Het samenleven aldaar berustte geheel op een ‘normatieve consensus’ (wat niet ontkent, dat er geen normoverschrijding plaatsvond, maar daarvan is ook sprake in de ‘normale’ maatschappij die zelfs veel geschreven recht kent).

Plaats van niet-recht

Het kampement dat met de term jungle wordt aangeduid, is een paradoxale creatie: het is een zone van niet-recht (non-droit) binnen de grenzen van de rechtsstaat. Dit resulteert met ander woorden in de tegenstelling ‘nationale geografie’ / ‘socio-juridische ruimte’. Djigo merkte bij migranten een stomme verbazing op. Zij dachten namelijk te zijn aangekomen in een land waar de rechten van de mens golden. Zij bemerkten evenwel dat er kennelijk gradaties van menselijkheid bestaan.

Om het leven in het kampement te begrijpen, moet men een onderscheid maken tussen een gevestigd leven en een leven op doorreis (la vie en transit). Een dergelijk leven kent een provisorisch moment tussen twee duurzame vormen van bestaan. Dit levert voor de migrant een tussenmoment op van een leven in afwachting (van aankomst). Deze kortstondige levensfase is slechts het middel om een doel te bereiken. Zonder dat doel verliest de hele onderneming zijn zin. De hoop is op het bereiken van dit doel gericht. Dat is waarom de migranten de uitzonderlijke precariteit (onzekerheid) en alle gebrek kunnen verdragen, aldus beluisterde Djigo tijdens haar vraaggesprekken met hen.

Sociale onderbehandeling

Zelf heb ik steeds aangegeven dat er ruwweg twee categorieën mensen naar een land komen: toeristen en migranten. Afgezien van visumperikelen kennen toeristen geen probleem, net zomin als rijke migranten. Voor het vreemdelingenrecht spelen zij geen rol van belang. Dat is wel het geval voor de resterende groepen: de onbemiddelde en berooide migranten. Daar zit een land veelal niet op te wachten, reden dat het vreemdelingenrecht vanuit dat perspectief is ingericht. Laatstbedoelde migranten krijgen veelal bijvoorbaat, wat ik voorheen noemde, een exit-optie.

Men moet echter niet vergeten dat veel van deze mensen hun eigen overwegingen hebben om zich als migrant te manifesteren. Die overwegingen houden steeds verband met ecologische of etnische voorwaarden of hangen samen met economische of demografische omstandigheden – gewekt bijvoorbeeld door het leven in een oorlogsgebied of in een gebied dat vanwege ecologische rampspoed onleefbaar is geworden (aanhoudende droogte, Sahara vorming). Die situaties ontvluchten zij om elders een betere leefplek te vinden. Het zijn ontheemden.

Die term is in het Nederlandse vreemdelingenrecht van een voorbije tijd nadrukkelijk gebruikt. Ontheemden moet men overigens onderscheiden van bijvoorbeeld de groep mensen die naar een land worden gehaald in een periode waarin schaarste op de arbeidsmarkt heerst, zoals in de jaren 1950-1960. Toen werden ‘gastarbeiders’ toegelaten als het maar waren: jonge, ongehuwde mannen. Deze moesten voor soelaas zorgen op een oververhitte arbeidsmarkt. Die mensen werden veelal ondergebracht in barakken en caravans bij de diverse grote ondernemingen en agrarische bedrijven. Het waren relatief goedkope arbeidskrachten met bovendien lage huisvestingskosten en lage sociaal-maatschappelijke kosten (geen kinderen, dus geen belasting van het onderwijssysteem, enz.).

Ik verwijs hiernaar omdat Sophie Djigo over deze verschillende groepen spreekt als vatbaar voor een politiek van ‘sociale onderbehandeling’ (maltraitance sociale). Zij geeft drie voorbeeldsituaties waarvan ik hierboven er een uit de Nederlandse geschiedenis schetste (die van de gastarbeiders). Wanneer de overheid legale migranten sociaal onderbehandelt, dan is de kans groot dat niet-legale migranten helemaal niets te verwachten hebben. De gradatie van menselijkheid wordt zichtbaar in verschillen van rechtspositie. De verschillende wijzen van (onder)behandelen, laat aldus Djigo, een hiërarchie van groepen ontstaan tegengesteld aan het republikeinse beginsel van asielrecht (het bieden van een veilige haven).

jungle-camp-calais

‘Hier te koop: serum tegen racisme’

Nederland is evenwel een monarchie. Het lijkt erop dat de actuele staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (Klaas Dijkhof; VVD) daarom lak kan hebben aan het betreffende republikeinse beginsel. Hoe dan ook, hij permitteert zich gebruik te maken van de terminologie ‘echte vluchteling’ (ik hoorde hem die term gebruiken op 12 december 2016 in een radioprogramma op NPO Radio 1). Die ‘echte vluchteling’ heeft recht op asiel. De term ‘echte vluchteling’ heeft de werking van een uitsluitingsclausule. De term wordt gedefinieerd van uit het Vluchtelingenverdrag en maakt het vandaaruit mogelijk alle migranten die niet als zodanig zijn te benoemen tot tweederangs personen, te weten ‘migranten’. Alsof die geen vluchteling zouden kunnen zijn, zoals: klimaatvluchteling, ecologische vluchteling, gedwongen op de vlucht van wege omstandigheden: armoede, honger, geen werk omdat er niets te bewerken valt (situaties die overigens vaak door neokolonialisme en imperialisme zijn veroorzaakt). Hier vindt een politisering van de ‘echte’ vluchteling plaats ten koste van al die andere typen vluchtelingen, die samen worden gevoegd onder de term ‘migranten’, vaak met als populistische uitsmijter ‘economische vluchteling’. Staatssecretaris Dijkhof bestendigt deze invalshoek.

In Frankrijk is eenzelfde soort politisering aan de orde, zo maak ik op uit het betoog van Djigo. Deze aldus geoormerkte migrant zit het hoogst in de hiërarchie en verwerft dan ook de meeste rechten. Dit betekent niet dat alle andere ontheemden rechteloos zijn, want er worden gradaties gemaakt. Sommigen zullen dus beter af zijn dan anderen…

In de politiek gaat men namelijk differentiëren, waardoor de hierboven bedoelde hiërarchie ontstaat. De hiërarchie levert een verschil in rechten op en loopt uiteindelijk uit op nul-rechten. In de jaren 1990 was de Nederlandse regering goed in het bedenken van verschillen en gradaties binnen het kader van de asielmigratie. Zo werd op enig moment een gedoogregeling bedacht die gestoeld was op, hoe paradoxaal ook, het uitzettingsartikel (art. 22 van de toen geldende Vreemdelingenwet). In die jaren kwamen bijvoorbeeld ex-Joegoslaven naar Nederland. Die waren op de vlucht geslagen voor het menselijk leed waarmee zij in het uiteenvallende Joegoslavië werden geconfronteerd. Ten behoeve van hen werd de zogenaamde ‘Ontheemdenregeling’ geïntroduceerd voluit geheten ‘Tijdelijke Regeling Opvang Ontheemden’. De hierin uitgewerkte vorm van opvang berustte (we spreken over 1992-1993) eveneens op het genoemde uitzettingsartikel en bevestigde een tijdelijk afzien van verwijdering naar het land van herkomst. Het ging hier om een non-status (tijdelijk uitstel van vertrek).

Vrijplaats

Indertijd is de genoemde ontheemdenregeling sterk bekritiseerd. Toch wijs ik erop, nu Sophie Djigo zich bij uitsluiting op de problematiek van één type migrant richt. Zij vraagt zich bijvoorbeeld af waarom de Franse nationale overheid niet een lichte juridische constructie bedenkt in de vorm van een ‘regeling migranten op doorreis’. Ik moest dus onwillekeurig aan de ontheemdenregeling denken. Het gaat hier immers om migranten die helemaal niet in Frankrijk willen verblijven en ook weigeren er een asielaanvrage te doen.

Een andere constructie waaraan Djigo denkt, is de creatie van vrijplaatsen. Zij wijst erop dat de ‘lieux de franchise’ (vrijplaatsen) in de geschiedenis al eeuwenlang in veelsoortige vormen en toegepast voor verschillende doelen, bekend zijn. Het gaat om afgebakende gebieden waar men onvoorwaardelijk asiel kan vinden (bekend zijn kerken en het meest recent vervullen ambassades deze functie). Het vrijdom drukt zich uit in bijzondere rechten in een bepaald gebied, waar het soevereine gezag beperkt is. In Nederland is het de criminoloog Herman Bianchi (1924-2015) geweest die met het oog op de strafrechtstoepassing de functie van de vrijplaats heeft uitgewerkt ten behoeve wat ‘herstelrecht’ wordt genoemd (zie zijn Gerechtigheid als vrijplaats, 1985). Vanzelfsprekend is dat een heel ander kader dan waarvoor Djigo aandacht vraagt, toch wilde ik het niet onvermeld laten.

calais-jungle-huis

Sophie Djigo haakt voor de gedachtebepaling aan bij de aloude gedachte van de ‘vrijplaats’, maar verwijst vervolgens daarbij naar een modern Franse instituut en wel de ‘zone franche urbaine’. Dit betreft een geografisch omlijnde zone in een gemeentelijk achterstandsgebied, dat mede getroffen is door hoge werkloosheid. De ontwikkeling van activiteiten in dat gebied wordt voorrang gegund en door de lokale autoriteiten beoordeeld. Aan de instelling van een dergelijke zone zijn allerlei voordelen verbonden. Deze ‘vrijplaatsen’ zijn voornamelijk economisch georiënteerd, merkt Djigo op. Waarom zouden ze niet ook zo zijn te formuleren, vraagt zij zich af, dat er kampementen voor ‘migranten op doorreis’ onder vallen? Waar nu gelezen wordt ‘maatregelen die ten voordele strekken van commerciële politiek’, hoeft men commercieel slechts te veranderen in migratoire

Het is niet vreemd dat Djigo naar de lokale situatie verwijst. Daar wordt men feitelijk met de verschillende problematieken geconfronteerd – en daar is men vaak het best toegerust om (tijdelijke) oplossingen te bieden. Wat de verschillende ‘jungles’ aangaat, geeft zij enkele voorbeelden. Als het om de lokale overheid gaat, is het in Frankrijk vaak afhankelijk van wat de burgemeester meent dat nodig is. Opmerkelijk is dat het in de vier gevallen die zij beschrijft, burgemeesters betreft met uiteenlopende politieke overtuiging (van links tot rechts), die ondanks dat eenzelfde koers varen bij ondersteuning bieden aan migranten – tegen de wil van de nationale overheid in. Zo had een van de burgemeesters (die van Grande-Synthe, gelegen in de regio) een kamp met houten chalets laten bouwen voor de opvang van 1500 migranten op doorreis. De gemeente kreeg van de nationale overheid opdracht het kampement op te heffen en de chalets af te breken vanwege brandgevaarlijkheid. Hoe hypocriet kan je als nationale overheid zijn. Dat is impliciet aan de woorden van de burgemeester te ontlenen, die voet bij stuk hield. ‘Het is waar, zei hij, dat de chalets niet tegen vuur bestand zijn. Ik ben mij dat bewust. Ik aanvaard het. De risico’s van brand waren nog groter toen de migranten zich in de ‘jungle van Calais’ bevonden. Wie trok zich toen iets van hun veiligheid aan?’.

Transnationaal burgerschap

Een laatste punt waarvoor Sophie Djigo aandacht vraagt, is het nationale monopolie op burgerschap. Dat wordt in een open wereld meer en meer problematisch, meent zij. Zijn we niet allemaal wereldburgers? Als een tussenstation zou een transnationaal burgerschap een optie kunnen zijn. Dat zou gekoppeld moeten worden aan politieke en sociale rechten aan elke persoon betreffende politieke beslissingen die zijn of haar leven aangaan. In Nederland is het de hoogleraar rechten van de mens, Ernst Hirch Ballin, die in zijn intreerede in Amsterdam (in 2012), voor het transnationale burgerschap plaats in zijn denken heeft ingeruimd (zie de AS 194, p. 28-29).

Ten behoeve van de discussie over de problematiek die zij heeft behandeld, verwacht Djigo ook enig nut van de oprichting van een ‘Parlement van illegale migranten’, zoals er naar haar zeggen ook een ‘Parlement van schrijvers in ballingschap’ bestaat. Hiermee zullen de problemen niet meteen zijn opgelost, maar wellicht worden ze meer bespreekbaar…

Thom Holterman

DJIGO, Sophie, Les Migrants de Calais, Enquête sur la vie en transit, Agone, Marseille, 2016, 210 blz., prijs 16 euro.

Advertentie
No comments yet

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: