Spring naar inhoud

Tardi: De Laatste Aanval

04/01/2017

dolkstoot

De laatste aanval is het nieuwste album van de Franse striptekenaar Jacques Tardi. Na Loopgravenoorlog (1993) en De grote slachting (2010) is dit zijn derde album over de Eerste Wereldoorlog. Tegen de achtergrond van de dagelijkse verschrikkingen van het slagveld maakt hij hierin de balans op van vier jaar oorlog en plaatst hij de Grote Oorlog en haar gevolgen in een breder perspectief. Evenals de vorige albums is het nieuwste album inmiddels vertaald in het Nederlands. Martin Smit bespreekt het.

tardi_laatste_aanval

Slachtoffers

De Eerste Wereldoorlog heeft altijd een rol gespeeld in het leven van Jacques Tardi. Zijn grootvader vocht in de oorlog en tijdens zijn opvoeding speelde de oorlog altijd een rol op de op de achtergrond in de familie.

Aan die oorlog is in Frankrijk nauwelijks te ontsnappen. Er sneuvelden ruim een miljoen Fransen, iedere stad en ieder dorp kent wel een oorlogsmonument voor de gevallenen. Door de oorlog raakten velen mannen voor het leven verminkt, het leven van duizenden families was ontwricht, ontelbare slachtoffers bleven vermist. Het landschap in grote delen van het noorden van Frankrijk was onherstelbaar beschadigd door de oorlogshandelingen. In de streken rond de Somme en Verdun is het getekende landschap nog steeds een stille getuige van de verschrikkingen die zich hier hebben afgespeeld.

De oorlog had bovendien een ingrijpende weerslag op de naoorlogse samenleving in Frankrijk. Industrie en landbouw hadden jarenlang in het teken van de oorlog gestaan, na de oorlog was het arbeidspotentieel aanzienlijk gereduceerd. Dit had onder meer tot gevolg dat vrouwen functies in fabrieken en kantoren gingen overnemen. Het tekort aan mannen zorgde voor problemen op de huwelijksmarkt. Voor veel overlevenden was een normaal bestaan niet meer weggelegd. Velen kampten tot aan hun dood vele jaren later met shell-shock en werden nooit meer de oude. Tegen de achtergrond van deze thema’s plaatst Tardi zijn verhalen.

Waanzin

Van zijn anarchistische en antimilitaristische opvattingen heeft Tardi nooit een geheim gemaakt. Deze zijn in al zijn albums terug te vinden. In zijn eeuwigdurend lijkende serie Isabelle Avondrood (9 delen, 1976-heden) speelt de Eerste Wereldoorlog op de achtergrond een rol, evenals in een spin-off van de serie, Vaarwel Morgendauw/Het gebroken geweertje, waarin een soldaat probeert de gruwelen van het slagveld te ontlopen door zich een kogel door zijn linkerarm te schieten. In De laatste der laatsten tracht een voormalig soldaat na de oorlog een detectivebureau op te zetten. In het apart hiervan verschenen boekje Soldaat Varlot maakt de lezer kennis met enkele ingrijpende gebeurtenissen die deze soldaat op het slagveld heeft meegemaakt.

Tardi’s eerste album over de Eerste Wereldoorlog, Loopgravenoorlog, bestaat uit losstaande episodes op het slagveld. Het zijn korte, trieste en verschrikkelijke verhalen, soms zonder begin of einde. De fragmenten laten de waanzin zien die zich in en rond de loopgraven afspeelt: soldaten ploeterend in de modder, stervend in een krater, doorzeefd door kogels of uiteengereten door granaten. Anderen doen vergeefs een poging makkers te redden, belaagd door oprukkende Duitsers. Maar soms is het rustig op het slagveld. Dan kunnen soldaten in hun loopgraaf enigszins tot rust komen, voor zover dat gaat met slecht eten, tussen gestorven kameraden, ratten die de lijken aanvreten, stinkende latrines en de lucht van rottend vlees. De rust op het slagveld is altijd van korte duur. Dan volgen er weer beschietingen, granaatvuur of een gifaanval.

dolkstoot

Kanonnenvlees

In De grote slachting zet Tardi de oorlog chronologisch neer. De lezer volgt een anonieme soldaat vanaf de eerste oorlogsschermutselingen tot het einde van de oorlog en ziet daarmee de strijd verharden, de realiteit wordt grauw en grijs, meer en meer vrienden sterven, tot de wanhoop bij velen toeslaat. Sommige soldaten verwonden zichzelf in de hoop naar een ziekenhuis te kunnen worden vervoerd. Anderen komen in opstand en weigeren nog langer de zinloze bevelen van de generaals op te volgen. Muiterijen worden echter keihard neergeslagen door weigeraars te executeren. Soms worden soldaten uit de rij gehaald om terechtgesteld te worden, als voorbeeld tegenover anderen.

Net als in Loopgravenoorlog tekent Tardi in De grote slachting de oorlog vanuit het gezichtspunt van de gewone soldaat, die maar dient mee te gaan in een heiloze strijd.

Tardi tekent graag de oorlog. Maar niet om deze te verheerlijken, integendeel. Het is de boodschap van de zinloosheid van oorlog, de verspilling van mensenlevens, de nutteloosheid van het vechten voor de eer en glorie van een land, die hij uitdraagt. Het zijn de politici en generaals die de medailles naar zich toe halen en het gewone volk blijft dat wat ze was: kanonnenvlees.

Koloniale politiek

In zijn nieuwste album De laatste aanval zet hij de belevenissen van de gewone soldaat opnieuw centraal, maar hij plaatst dit tegen de achtergrond van de gevolgen van de oorlog.

Het is de brancardier Auguste die hij op het slagveld bij de Somme (1916) door wiens ogen de gebeurtenissen zijn te volgen. Zijn medehospik is gesneuveld en de gewonde die ze met zich meedroegen is door Auguste noodgedwongen vermoord, om niet door de Duitsers ontdekt te worden. Sindsdien zwerft hij tussen de Franse en Duitse linies, raakt verzeild in verlaten loopgraven en dwaalt hij door een maanlandschap van kraters, te midden van lichamen, vernield geschutstuig, schroot en verwoeste dorpen. Terug naar zijn eigen regiment wil hij niet, vanwege de mogelijkheid van desertie beschuldigd te worden. In een dorp komt hij even tot rust maar daar wordt hij opnieuw geconfronteerd met doden en verminkten. Vervolgens zwerft hij verder over het slagveld.

De belevenissen van Auguste laat Tardi becommentariëren door een anonieme verteller (Tardi?) die de oorlog in een breder historisch en politiek kader plaatst, zoals bijvoorbeeld de Franse koloniale soldaten die, onwetend van hun lot, in de Noord-Franse modder hun dood tegemoet gaan. Hiermee wordt de Franse koloniale politiek aan de kaak gesteld en ook de minachting die Frankrijk ten toon spreidde voor de volken uit deze landen. Frankrijk voelde zich hoogverheven boven de Duitsers maar dwong wel haar onderdanen uit Senegal, Noord-Afrika en Indo-China de ijzers uit het vuur te halen in een poging de ‘Teutoonse horden’ het vaderland uit te jagen.

De Engelsen krijgen een soortgelijke kritiek. De wijze waarop Groot-Brittannië haar koloniën leegplunderde voor oorlogsgrondstoffen en mannen uit haar Gemenebestlanden ronselde om in datzelfde Franse land te sneuvelen, is vergelijkbaar.

De Eerste Wereldoorlog was in feite een negentiende-eeuws conflict uitgevochten met telkens nieuwe, geavanceerder wapens, stelt de commentator. Zoals het gifgas, waarvan Frankrijk beweerde dat de Duitsers het als eersten gebruikten. Geschiedvervalsing, want Frankrijk testte het gifgas al in 1912 bij de belegering van enkele leden van de geruchtmakende bende van Bonnot.

De hele industrie en landbouw van de oorlogvoerenden was gericht op de strijd op het slagveld. Alles moest wijken voor de oorlog en alle mogelijkheden moesten worden benut. Zelfs duiven, honden en paarden werden gevorderd. Van de miljoen ingezette Franse trekpaarden stierven er zo’n 500 per dag. Tardi draagt dit album dan ook op aan de in de oorlog gestorven dieren.

puingraf

Littekens

Tardi laat zien hoe de oorlog, die een logisch gevolg is van de Duits-Franse oorlog van 1870, onuitwisbare littekens teweegbrengt in het landschap, de samenleving, duizenden families en zijn schaduw vooruitwerpt naar de Tweede Wereldoorlog. De oorlog stopt niet bij de wapenstilstand van 11 november 1918. Zijn boek is dan ook niet alleen een aanklacht tegen het militarisme en de misstanden van de Grote Oorlog, maar een zware aantijging tegen de Franse staat en haar handelswijze in tijden van oorlog en in het algemeen.

Loopgravenoorlog was een album in zwart/wit. In De laatste slachting geeft Tardi de oorlog eigenlijk maar enkele kleuren. In de loop van het verhaal liet hij de kleuren langzaam verschuiven van het vrolijke blauw van de lucht en het frisse geel van de korenvelden naar het grijs en grauw van de regen, de modder, de uniformen en het rood van het bloed en het geel van mosterdgas. In De laatste aanval heeft het kleurgebruik opnieuw een meer dan illustratieve functie. Nu overheersen het grijs op het slagveld en het rood van bloed en de bloedrode luchten waartegen zich de strijd afspeelt. In zijn laatste uren in een hospitaal herbeleeft soldaat Auguste zijn belevenissen in een ijldroom. Tardi tekent het oorlogsschroot, een begraafplaats, de bunkers, de granaten en het slagveld in slechts zes plaatjes, in de kleuren van de Franse vlag…

tardi-cd

Bij het album is een mooie cd gevoegd van chansonnière Dominique Grange, met begeleiding van de band Accordzéâm, waarop zij enkele liederen uit de Grote Oorlog vertolkt in het Frans, Duits en Engels. De cd onderstreept nog eens het internationale karakter van de ten strijde gevoerde soldaten. Het maakt immers niet uit welke nationaliteit je bezit, als soldaat maak je allemaal op het slagveld hetzelfde mee. En een Franse moeder huilt niet anders dan een Britse, Australische, Vietnamese of Duitse moeder.

Martin Smit

Advertentie
No comments yet

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: