Spring naar inhoud

Nepwetenschap En Roofdiertijdschriften

03/08/2018

Je kon erop wachten. Na ‘nepnieuws’ weet nu ook ‘nepwetenschap’ de aandacht te trekken, zo leert het Franse dagblad Le Monde van 20 juli 2018. Het gaat in dat geval om de problematiek wat er gebeurt binnen wetenschappelijke kaders om op onoorbare en soms frauduleuze wijze onbewezen ‘wetenschappelijke’ claims te leggen. Dit is een ruimer gestelde problematiek dan wat de ‘Vereniging tegen kwakzalverij’ al jaar en dag aan de orde stelt, want die beperkt zich vooral tot de geneeskundige en farmaceutische sfeer. Ruimer is het werk van de ‘Stichting Skepsis’ die buitengewone beweringen (paranormale bijvoorbeeld) tegen het licht houdt en die aan een kritisch en wetenschappelijk verantwoord onderzoek onderworpen dienen te worden. Het twee pagina’s tellende artikel in Le Monde zet juist vraagtekens bij wat als ‘wetenschappelijk verantwoord onderzoek’ lijkt gepubliceerd te worden. Lijkt, want er blijkt een hele business van ‘foute’, zeg ‘nep’ of ‘pseudo’, wetenschap achter te kunnen schuilen (‘Alerte au business de la fausse science’, draagt het artikel als titel). Hieronder vat ik enkele punten uit het artikel samen.

Fake Science

De ondertitel van het genoemde artikel luidt: ‘Elk jaar publiceren pseudowetenschappelijke tijdschriften duizenden artikelen die geen wetenschappelijke waarde hebben’. Kennis ontsnapt niet aan haar tegendeel! Het aandeel daarin dat ‘nepwetenschap’ (Fake Science, Science fausse) mag heten, is sinds de laatste tien jaar aanzienlijk gestegen. Om deze problematiek aan de kaak te stellen heeft een combinatie van internationale media wereldwijd onderzoek gedaan naar de omvang en de impact van het verschijnsel (de Süddeutsche Zeitung heeft het initiatief heeft genomen; Le Monde behoort tot die combinatie).

Sinds een decennium zijn tientallen gewetenloze uitgeversmaatschappijen, waarvan een aantal met name genoemd, honderden tijdschriften gaan uitgeven met wervende namen die vrij toegang geven tot publicatie en die een uiterlijk hebben van echte wetenschappelijke bladen. Hun werkwijze is evenwel omgekeerd. Zo beschikken deze tijdschriften niet over een wetenschappelijk redactiecomité. Verder berekenen zij de auteur een prijs van enkele honderden euro’s per gepubliceerd artikel, reden waarom ook over ‘roofdiertijdschriften’ wordt gesproken. Publicatie van artikelen vindt snel en zonder controle plaats en er wordt niet met ‘peer review’ gewerkt (het lezen van geanonimiseerde artikelen door collega-deskundigen). Bij de echte wetenschappelijke tijdschriften is dit proces van kwaliteitscontrole een van de etappes in de ‘constructie’ van wetenschap.

Je kan dus zeggen dat het wetenschappers (van twijfelachtig allooi tot naïeve beginnelingen) zijn, die deze lucratieve handel in nepwetenschap de kans van slagen geven. Vaak gaat het om wetenschappers die kunstmatig hun cv willen oppoetsen met een groot aantal ‘wetenschappelijke’ publicaties. Dat kan lopen van nepinformatie bij de promotie van medicijnen en activisme op het vlak van klimaatscepticisme tot antivaccinatie. Le Monde beschrijft een voorbeeld van een actie van journalisten van de Süddeutsche Zeitung en de Norddeutscher Rundfunk. Zij boden ter publicatie aan het Journal of Integrative Oncology aan de resultaten van een klinisch onderzoek. Het bedoelde tijdschrift wordt uitgegeven door de weinig scrupuleuze Indiase uitgeversmaatschappij Omics Publishing Group. Het artikel toonde aan dat gebruik van een bepaald medicijn veel effectiever werkte bij de bestrijding van een bepaalde vorm van kanker dan de gebruikelijke chemotherapie. De studie was fictief; de gegevens waren in elkaar geknutseld; de auteurs waren verbonden aan een niet bestaand onderzoeksinstituut. Niettemin werd het artikel binnen tien dagen geaccepteerd en op 24 april gepubliceerd. Daarna werd de hoogste baas van Omics door de journalisten benaderd, die aan de nepwetenschappelijke publicatie hadden gewerkt. Het artikel werd daarop teruggetrokken, maar via Google bleef het wel zichtbaar…

Naast de twijfelachtige tot frauduleuze tijdschriften floreert er een hele markt van ‘fake congressen’ op wetenschappelijk gebied. Die voeden financieel de malafide uitgevers. Le Monde deed daarin zelf ook onderzoek. Zo heeft in juni 2018, in een voorstad – en dus niet in Parijs, waarover hoog wordt opgeheven – de organisatie Conference Series, een filiaal van Omics, een week lang in een hotel zalen gehuurd voor alternerende conferenties in de oncologie, nefrologie (nierziekten), weg- en waterbouwkunde, chemie en klimaatwetenschappen. Op 20 juni werd Le Monde met een kleine verrassing geconfronteerd: de conferenties oncologie en nefrologie deelden dezelfde ruimte en hadden hetzelfde programma. Een andere eigenaardigheid was de volgende: op dezelfde dag deelden drie verschillende (uitgevers)ondernemingen een en dezelfde persoon voor de ontvangst van de verschillende conferenties – die persoon bewoog zich tussen badges van verschillende kleur. Het Indiase Omisc opereerde zo naast het Singaporaanse Meetings International en het Britse EuroSciCon. De eerste twee behoren tot de Pulsus Group. EuroSciCon verklaart op zijn site onder contract te staan van…Meetings International. De wetenschappelijk conferenties blijken in dit geval parodieën en een winstgevende affaire.

Het blijft dus goed om aan reputatie- en bronnenonderzoek te doen.

Stéphane Foucart en David Larousserie  [in: Le Monde van 20 juli 2018; vertaald en bewerkt Thom Holterman.]

Advertentie
No comments yet

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: